Behoud van diersoorten
Heel wat Europese diersoorten zijn met uitsterven bedreigd door menselijke activiteiten en de verkleining van hun natuurlijke habitat. Het Domein neemt daarom deel aan tal van kweekprogramma’s van het EEP (= Ex-situ programma’s van het EAZA, European Assocation of Zoo and Aquaria).
Deze programma’s werden opgericht in 1985 om het kweken van bedreigde diersoorten te stimuleren, om erover te waken en om advies te geven hierbij. Belangrijk is dat de natuurlijke kenmerken van de dieren behouden worden. Want het einddoel is natuurlijk om de dieren (indien mogelijk) weer te herintroduceren in hun natuurlijke habitat of om de populatie in het wild te versterken door ook dieren van deze soort in dierenparken te houden.
Ontdek hier welke dieren in het Wildpark deel uitmaken van deze programma’s.
De Europese bizon
Aan het begin van de 20e eeuw was de Europese bizon zo goed als verdwenen in de vrije natuur. Er leefden slechts enkele zich voortplantende dieren in de Poolse bossen. Dankzij kweekprogramma’s geleid door natuuronderzoekers in samenwerking met parken zoals het onze, bestaat de populatie momenteel uit meer dan 3.000 bizons. De helft daarvan werd al geherintroduceerd in de natuur.
Al sinds 2014 neemt het Wildpark elk jaar deel aan een groot programma, gecoördineerd door het WWF om Europese bizons te herintroduceren in de Karpaten in Roemenië.
Het Domein liet ook al Europese bizons vrij in de Schotse en Duitse bossen, in het kader van internationale programma’s. Op dit moment gaat het al om 13 dieren!
Het przewalskipaard
Het przewalskipaard komt oorspronkelijk uit Mongolië. Het is het laatste wilde paardensoort op onze aardbol. De mens is er namelijk nooit in geslaagd om het te domesticeren of te temmen. De naam verwijst naar een officier van het Russische leger die de laatste dieren van dit paardenras ontdekte in Mongolië in 1879.
De diersoort verdween uit de wilde natuur en overleefde enkel in gevangenschap. Vandaag worden er echter meer en meer przewalskipaarden vrijgelaten in hun oorspronkelijke leefomgeving.
Sinds 2004 zijn er al 15 van deze paarden geboren in het Wildpark. Vijf daarvan werden al geherintroduceerd in Mongolië. Deze mannetjes zouden zich nu moeten voortplanten om de natuurlijke populatie te vergroten.
De veelvraat
Deze kleine vraatzuchtige roofdieren komen oorspronkelijk uit Scandinavië. Samenleven met de mens was altijd al lastig. De veelvraat valt namelijk graag veehouderijen en kuddes aan. Er werd dus gedurende vele jaren gejaagd op dit dier en zelfs nu nog. Zijn vacht is immers mooi én water- en vorstbestendig. Maar daardoor is het dus een bedreigde diersoort...
In 2016 ontving het Domein twee veelvraten in het kader van reproductie. Het koppeltje kreeg inmiddels al meerdere kleintjes, waarvan er al enkele naar andere parken verhuisden. Het Domein neemt ook deel aan het behoud van deze weinig bekende diersoort.
De grijze wolf
Er werd in het verleden veelvuldig gejaagd op wolven. Pas in de 20e eeuw besloot de mens het dier beter te beschermen. Toch worden wolven nog steeds uitgeroeid. Het is namelijk altijd lastig geweest voor mens en wolf om samen te leven.
Het dier wordt gezien als een vijand die kuddes aanvalt en is nog steeds het slachtoffer van stropers. Vroeger leefde er heel wat wolven in onze contreien. Na jaren te verdwijnen uit onze bossen, komen ze er tegenwoordig echter meer en meer tevoorschijn.
Het bosrendier
Het bosrendier is een zeer oude diersoort. Het dier zou al sinds de prehistorie bestaan, miljoenen jaren dus. Naar alle waarschijnlijkheid leefde het bosrendier dus samen met mammoeten en wolharige neushoorns. In tegenstelling tot hen, overleefde het wel de klimaatveranderingen tijdens het quartaire tijdperk.
In 2022 startte het Wildpark met een kweek- en behoudprogramma van deze diersoort: we ontvingen vijf vrouwtjes voor het aangeduide mannetje.
De zwarte ooievaar
De zwarte ooievaar is minder gekend dan zijn neefje de witte ooievaar. Het is dan ook een discreter en schuwer dier. Hoewel de witte ooievaar vaak in het centrum van steden en op huizen van daken een nest maakt, verkiest de zwarte ooievaar de rust en kalmte van de bossen, ver van mensen.
Zijn nesten vind je in bomen, een twaalftal meter boven de grond en dichtbij een waterpartij zoals een beek, een moeras of een meer. Kikkers, vissen en insecten behoren immers tot zijn favoriete voedsel.
Doordat er vroeger op gejaagd werd, verdween het dier uit onze contreien en verscheen het pas terug in de jaren 70 en 80. Momenteel leven er zwarte ooievaren in Wallonië, ten zuiden van Samber en Maas.
De lynx
De lynx is een ongrijpbaar dier. Hij lijkt op een grote kat, maar is erg moeilijk te benaderen. Dankzij zijn grijs-beige gevlekte vacht is hij perfect gecamoufleerd en kan hij zich dus goed verstoppen. Omwille van zijn mooie vacht is hij spijtig genoeg vaak het doelwit van stropers. Daarom blijft de lynx een bedreigde diersoort, zelfs al wordt hij beschermd.
Het is een topjager: hij is bijzonder geduldig en snel op korte afstanden. Hij smult graag meerdere dagen van zijn prooien door de resten te verstoppen in de grond.
Vroeger vond je lynxen over heel Europa. Op dit moment leven er nog in Duitsland: in de Vogezen en de Jura.
Behoud van biodiversiteit
Het behoud van biodiversiteit is een belangrijk punt in de missies die het Domein zich voorneemt. Als beschermers van een natuurlijke site met een uitzonderlijke biodiversiteit, willen we die natuur behouden en versterken. Hiervoor ondernemen we verschillende acties om de habitat te herstellen en om inheemse soorten te ondersteunen.